-
1 zich een oordeel vormen
zich een oordeel vormenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zich een oordeel vormen
-
2 zich een oordeel vormen (over iemand)
zich een oordeel vormen (over iemand)Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zich een oordeel vormen (over iemand)
-
3 vormen
1 [een vorm geven] shape, form ⇒ mould2 [doen ontstaan] form ⇒ make/build (up)3 [de genoemde vorm vertonen] make up, form4 [uitmaken] make up, constitute ⇒ be♦voorbeelden:zich een oordeel vormen • form an opinioneen uitzondering vormen • be/constitute an exceptionacademisch gevormden • university graduates -
4 oordeel
2 [mening] opinion♦voorbeelden:het laatste oordeel • the Last Judgementeen oordeel vellen (over iemand) • pass judg (on someone)mag ik dat aan uw oordeel overlaten? • can I leave that to your discretion?naar mijn oordeel • in my opinionvan oordeel zijn dat • be of the opinion that -
5 form
n. vorm; figuur; gewoonte; formulier (ook in computers); konditie; geestesgesteldheid; klas; ceremonie; gedrag; order; regeling; pasvorm; (in computers) formulier--------v. maken, vormen; ontwerpen; scheppen; redden, halen; voorbereidenform1[ fo:m] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 (verschijnings)vorm ⇒ gedaante, silhouet2 vorm ⇒ soort, systeem3 vorm(geving) ⇒ opzet, presentatiewijze7 manier ⇒ wijze, vorm♦voorbeelden:cursing is bad form • vloeken is onbehoorlijktrue to form • geheel in stijl, zoals gebruikelijk6 in form • in vorm/goede conditiebe on form, be in great form • goed op dreef zijn————————form21 zich vormen ⇒ verschijnen, zich ontwikkelen♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 vormen ⇒ modelleren, vorm geven♦voorbeelden:form an example to someone • iemand tot voorbeeld dienen/zijnform an opinion • zich een oordeel vormenform (a) part of • deel uitmaken van -
6 beoordelen
♦voorbeelden:hoe beoordeel jij de situatie? • how do you view the situation?ik denk dat je dat het beste zelf kunt beoordelen • I think you're the best judge of thatiets positief/negatief beoordelen • judge something positively/negativelyiemand streng beoordelen • judge someone harshlyiemand verkeerd beoordelen • misjudge someonebeoordelen op • judge on2 dat kan ik zelf wel beoordelen! • I can judge for myself (, thank you very much)!dat is moeilijk te beoordelen • that's hard to saydat kun je van hieraf niet beoordelen • it's hard to tell from here -
7 form an opinion
-
8 size up
-
9 measure
n. middel; maat; afgmeting; meet apparatuur; ritme; gewicht; voorschrift--------v. meten; schatten, afwegen; toeluisteren, afmetenmeasure1[ mezjə]2 maatstok/lat/lint3 maatstaf♦voorbeelden:half measures • halve maatregelen1 maat 〈 ook muziek〉 ⇒ maateenheid; mate; gematigdheid; (afgemeten/juiste) hoeveelheid; metrum, versmaat♦voorbeelden:in (a) great/large measure • in hoge/ruime mate————————measure21 meten ⇒ af/op/toe/uitmeten, de maat nemen♦voorbeelden:1 the room measures three metres by four • de kamer meet/is drie bij vier (meter)measure oneself with • zich meten metmeasure out • toemeten3 letten op ⇒ overdenken, (over)wegen♦voorbeelden: -
10 opinion
opinion [oppienjõ]〈v.〉1 mening ⇒ opinie, gevoelen, oordeel♦voorbeelden:avoir le courage de ses opinions • voor zijn mening durven uitkomenliberté d'opinion • vrijheid van meningsuitingavoir bonne opinion de • een goede dunk hebben vanavoir bonne opinion de soi • zelfingenomen zijnavoir une piètre opinion de • niet hoog schattenopinions toutes faites • vooroordelenchanger d'opinion comme de chemise • voortdurend van mening veranderense faire une opinion • zich een mening vormenà mon opinion • volgens mijalerter l'opinion • de publieke opinie wakker schuddenl'opinion était pour lui • men gaf hem gelijkf1) mening, opinie -
11 get the measure of someone
-
12 take someone's measure
-
13 take one's measure
meten, afmeten; iem. taxeren, zich een oordeel over iem. vormen -
14 conclusion
n. (de) conclusie; beëindiging; een contract tekenen[ kənkloe:zjn]1 besluit ⇒ beëindiging, slot2 sluiting ⇒ totstandkoming, regeling3 conclusie ⇒ slotsom, gevolgtrekking♦voorbeelden:1 the conclusion of a book • het slot/de ontknoping van een boekin conclusion • samenvattend, tot besluita foregone conclusion • een bij voorbaat uitgemaakte zaakjump to conclusions/to a conclusion • overhaaste gevolgtrekkingen maken, zich een overhaast oordeel vormen -
15 jump to conclusions/to a conclusion
jump to conclusions/to a conclusionoverhaaste gevolgtrekkingen maken, zich een overhaast oordeel vormenEnglish-Dutch dictionary > jump to conclusions/to a conclusion
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский